zondag 17 augustus 2014

St. Mary – Many Glacier in Glacier National Park – St Mary



10 juli 2013,

Diverse trails gelopen en een moose gespot.


Vannacht heerlijk geslapen. Ook geen wonder we waren gisteren bekaf. Verder was het afgelopen nacht rustig, geen onweer of harde wind. Het is prachtig weer en de zon schijnt weer volop. Ontbijtje met een geroosterd broodje en dan kunnen we op stap. Vandaag gaan we een paar trails lopen. Dit doen we in een ander gedeelte van het park. Dit gedeelte heet Many Glacier. Het is ongeveer een 45 minuten rijden om daar te komen. Hier is geen shuttlebus of ander vervoer, je moet iets regelen of zelf rijden. Gisteren overwogen om met een busje er heen te gaan maar daar hebben we toch maar vanaf gezien. Je moet van
tevoren reserveren en het is redelijk prijzig. We wagen het er op dat we er met de camper kunnen komen. Het eerste gedeelte van de weg ligt buiten het park. Links van ons het natuurpark en Lower Saint Mary Lake, rechts de prairies of ook wel plains  genoemd. Met gras bedekte heuvels zover je kan zien. De eerste 9 mile, over de 89, zijn prima maar als we via een zijweg Many Glacier Valley ingaan wordt de weg bar slecht. De camper krijgt het weer hard te verduren, dus rustig aan. Niet erg, hebben we rustig de tijd om ons heen te kijken. Even later komen we weer langs een meer, Lake Sherburne. Het is windstil en de bergen en bomen langs de rand van het meer weerspiegelen in het water, schitterend.
Lake Sherburne
Dit deel van het park ligt aan de oostzijde van de Lewis Range. Deze bergen fungeren als een regenschild, daardoor is deze kant ook veel droger dan de westzijde. De vallei is erg populair bij wandelaars. Bijna nergens kan je zo eenvoudig op plaatsen komen waar de omgeving zo fantastisch is als hier. De vallei wordt omgeven door talrijke hoge bergen, zoals Mount Gould, Mount Allen, Mount Grinnell en Mount Wilbur. In de vallei ligt een rij aan meren zoals Swiftcurrent Lake. Deze wordt als een van de mooiste van het park beschouwd. Glacier National Park is echt een park met meren, meertjes, poelen, rivieren, kreken en stroompjes. Een tiental grote meren en ongeveer zevenhonderd kleinere. Maar een klein aantal meren, 131 stuks, zijn vernoemd. Lake McDonald (16 km lang, 1.6 kilometer breed) is het grootste van deze meren. Andere grote meren zijn Saint Mary Lake, Bowman Lake en Kintla Lake. De keteldalen zijn gevormd door erosie van gletsjers en zo zijn de vele kleine meertjes ontstaan. Sommige van deze meren, zoals Avalanche Lake en Lake Cracker, kleuren turquoise, dat te wijten is aan achtergebleven glaciaal sediment. De meren van het park blijven het hele jaar koud, met temperaturen die zelden boven de 10°C uitkomen. Hierdoor leeft er niet veel plankton, waardoor het water opmerkelijk helder is. Flathead River is de belangrijkste rivier van het park. 
Deze rivier vormt de westgrens van het park en ligt ten westen van de Continental Divide. Er zijn ongeveer tweehonderd watervallen in het park. Echter in tijden van droogte zijn velen van deze gereduceerd tot kleine stroompjes. De grootste watervallen zijn te vinden in het Two Medicine district. Onderweg komen we nog zo’n rode auto tegen. Die zie je hier overal rijden. Deze rijden verschillende routes. 
Red Jammer
Een vloot van gerestaureerde 1930 White Motor Company coaches, Red jammers worden ze genoemd. Ze rijden op alle belangrijke wegen in het park. De chauffeurs van de bussen worden "jammers" genoemd. Dit naar het geluid als gevolg van de schakelen naar een ander versnelling, (jamming) van de oude voertuigen. De tourbussen werden in 2001 aangepast. Om het milieu te sparen werden ze omgebouwd en rijden ze nu op propaan. Het zijn opvallende rode antieke bussen. De bussen hebben een canvas dak, dat opgerold kan worden. Er zijn 7 verschillende routes met een tijdsduur van 3 uur tot een hele dag. We hebben ze zien rijden, leuke bussen en een mooi gezicht. Toch redelijk duur en daarom hebben wij  gebruik gemaakt van het gratis shuttlebus systeem of van onze camper. Het park is beroemd om zijn natuur en wandelen is heel populair. Er is bijna 700 mijlen (1.127 km) aan  wandelpaden in het park. Een groot deel van de achterland in Glacier NP is tussen september en juni niet toegankelijk voor wandelaars als gevolg van sneeuw en lawinegevaar. Op de hogere wandelpaden blijft de sneeuw zelfs liggen tot in juli.
map Many Glacier Area
We parkeren achter het Many Glacier Hotel. Een hotel met een Zwitserse uitstraling maar de glorie is wel wat vergaan. Daar kunnen we iets bij voorstellen. Het is gebouwd in 1891 en het kost heel veel om zo iets in stand te houden. Vanuit het hotel heb je een uitzicht over het Swiftcurrent Lake. Eerst nog een bakje en dan op weg om de Grinnel Trail te doen met als eindpunt Grinnel Lake. Als alles mee zit kunnen we de trail vervolgen met de Grinnel Glacier trail. Dan heb je het zicht op een gletsjer. Achter dit hotel beginnen ook verschillende andere trails, naar Cracker Lake (12,2 mile heen en terug). De andere is Piegan Pass Trailhead, deze gaat naar Morning Eagel Falls en dan verder naar Piegan Pass dat is enkel 8,3 mile. Je kunt nog verder en dan kom je na 4,5 mile bij de Seyeh Bend bus stop langs de Goiing to the Sun Road.
Swiftcurrent Lake
Het begin van de trail is niet duidelijk aangegeven dus is het even zoeken maar dan kunnen we op pad. Het eerste gedeelte is een stuk van de Swiftcurrent Nature Trail. Deze trail, 4 km, loopt om het Swifcurrent Lake. We lopen tussen de bomen langs de rand van het meer, door een 400 jaar oud spruce-fir bosgebied. Ook zijn er stukken met jongere bomen 60 jaar oude lodgepole-pine bossen. Deze zijn geplant na een grote brand in 1936. Het is stil, je hoort heel weinig dieren en vogels. Dat verbaast ons elke keer weer. Het is heel mooi langs de rand van het bos en het meer te lopen. Af en toe hebben we en prachtig zicht over het Swiftcurrent Lake. Het inderdaad een prachtig meer.
Je kan ook met de boot over het meer. Die afstand hoef je dan niet te lopen. Op sommige meren varen historische houten rondvaartboten, sommige dateren uit de jaren 1920. Volgens ons zijn deze die we nu zien niet zo oud. Ze worden vaak alleen in het toeristenseizoen gebruikt en kunnen tot 80 passagiers meenemen. Achter Many Glacier Hotel is een boat dock en op het eind van Swiftcurrent Lake is een steiger waar je uit moet stappen. Dan moet je een stukje lopen. Vervolgens kom je bij de oever van Lake Josephine en daar is weer een steiger waar je op een boot kunt stappen. Deze brengt je dan naar de overkant van de andere oever.  
Swiftcurrent Lake laten we achter ons en we kopen door een soort moeras gebied. We steken een bruggetje over maar hebben al snel door dat we niet goed zitten. Terug en bij de brug de andere kant op en even later lopen we langs Stump Lake. Het water van Josephine Lake gaat via dit meer naar Swifcurrent Lake. Na een poosje lopen we langs de rand van Lake Josephine. Het is prachtig langs de rand van het meer te lopen dus verlaten we het hoofdpad, de Continental Divide Trail.
Sjonge wat is dit mooi. Het is geen officieel pad dus moeten we om obstakels heen lopen. Dicht langs het water gaat het wat gemakkelijker. Na een poosje zien we een hoopje shit liggen en zo te zien bere shit. We krijgen al wat minder praatjes. Een stukje verder poot afdrukken en die zijn duidelijk van een beer. Nu loopt het niet zo lekker meer. Bij iedere bocht denk je dat je oog in oog komt te staan met een beer. Je maakt lawaai maar of het helpt? Als het “pad” ook ophoudt hebben wij het ook wel bekeken, we gaan terug. We zoeken het hoofdpad weer op en dat loopt een stuk relaxter al geeft dat geen garanties. We komen een paar Duitsers tegen die vertellen dat een ander stel rustig ergens zaten toen er op een paar meter afstand een beer achter hun langs liep, slik! Al wat we echter tegen komen:… geen beer.  Gisteren hebben we nog gelachen om mensen die met belletjes om de arm liepen om beren af te schrikken, of die met een busje anti-berenspray lopen. Zelfs werd door rangers geadviseerd om vooral te zingen als je gaat wandelen! Hmm….Wat we onderweg wel zien zijn mooie bloeiende planten, ook orchideeën en akelei. Als we geen beren hebben voor het foto moment dan maar de bloemen. Minder gevaarlijk.


















 



















We zijn Lake Josephine voorbij en kunnen nu rechtdoor naar Grinnell Lake of rechtsaf naar Grinnell Glacier Viewpoint. Op dit punt staan meer mensen te overleggen wat ze zullen gaan doen. Blijkt dat je het viewpoint niet kunt bereiken, er ligt teveel sneeuw. Dit hebben we gisteren bij Hidden Lake ook meegemaakt en dit willen we niet weer. Dus rechtdoor naar Grinnel Lake. Het pad gaat nu door een bos. Soms donker maar op de open plekken mooi zonnig. Onder de bomen groeien mooi gele bloemen, net een deken. In de verte horen we andere mensen praten. Die lopen op de Piegen Pass Trail, die evenwijdig loopt aan onze trail. Ook horen we paarden maar waar die lopen kunnen we niet ontdekken. Het is wel goed opletten, de looppaden zijn niet vlak. Hier en daar steken boomwortels of rotsen boven het loopvlak uit. Als je niet oppast lig je op je snufferd en dat is niet prettig. Er zijn ook hele natte gedeelten en daar hebben ze loopbruggen gemaakt.
     




Het wordt nu een stuk drukker en op het laatst is het bijna file lopen. Blij dat we vanochtend vrij vroeg vertrokken zijn. Hier staat ook een hut en verderop staan paarden. Die hebben we eerder gehoord. Er is dus ook een ruiterpad tot dit punt. Een ranger komt met een groep mensen. Hij vertelt van alles over de omgeving, dieren en planten. Wij lopen snel door dan zitten we niet achter deze groep. Op de smalle paden kun je er moeilijk omheen. Op het eind komen we bij een hangbrug. 

Deze gaat over de Cataract Creek. Er staat een bordje bij, 1 persoon per keer. Hoe zwaar mag die persoon dan zijn? Als een Amerikaan met obesitas er over heen mag en kan dan is het voor ons ook geen probleem. We lopen een stukje langs de creek en gaan dan richting Grinnel Lake. De omgeving staat hier onder water. Waarschijnlijk was er veel smeltwater en kon de kreek het niet verwerken en is alles onder gestroomd. De bomen staan in het water. Omdat ook hier weer van die loopbruggen zijn is het geen probleem. Een stukje verder komen we bij de oever van Grinnel Lake, mooi. Op een boomstam even zitten en lekker om ons heen kijken.

Grinnell Lake
We hebben mooi zicht over het meer dat turquoise van kleur is. In het midden voor ons moet de gletsjer zijn, daaronder ligt ook een meer. Dat wordt ook wel Upper Grinnell Lake genoemd. Daarboven is een stuk van de Garden Wall te zien. We zien het smeltwater van de rotsen stromen. Links voor ons is de berg Angel Wing, aan de rechterkant Mount Grinnell.
map Grinnell lake and Upper Grinnel Lake and Grinnell Glacier

Hidden Falls
Het is een mooie plek om even te rusten. De groep met de ranger is inmiddels ook gearriveerd. Als die weer terug willen gaan, gaan wij mooi voor de groep uit. Weer door het overstroomde gebied waarna we weer over de hangbrug gaan. Rechts van ons moet de Hidden Falls zijn. Het is maar een klein stukje lopen. Het pad gaat omhoog en na een 10 minuten zien we de waterval. De naam is goed gekozen, de waterval is bijna niet te zien. Het water stroomt door een smalle kloof en valt dan een groot aantal meters naar beneden. Het water stroomt verder door de creek naar de Grinnell Creek. Na een tijdje gaan we echt terug, richting Lake Josephine. Als we weer op de kruising van wandelpaden komen besluiten we de terugtocht aan de andere kant van Lake Josephine te doen. Zo lopen we niet twee keer dezelfde route.

Via een bruggetje steken we de Cataract Creek over en komen we op de Grinnell Glacier Trail. Vandaar gaan we richting camper. Eerst nog een stukje door een half open bos. Aan weerskanten van het pad weer lage struikjes, een soort Rubus (bramen) soort. Mooie grote bladeren die wel lijken op de bladeren van een kamerlinde. Verder grote witte bloemen met een geel hart. Hier staan weinig bomen, het is hier heel open. Doordat je hoog op een helling loopt heb je een mooi zicht op het meer. Aan deze kant lopen we aan de zonzijde en ook hier bloeien weer veel wilde bloemen.  
 

















       
 

 
 


































Het loopt heerlijk, rustig en meteen prachtig uitzicht over Lake Josephine en de omringende bergen. De natuur is hier fantastisch maar misschien komt het ook wel door het weer. Het weer bepaalt wel hoe je de omgeving ervaart. 
Het is een mooi vlakke trail met weinig hoogte verschil. Ook hier weer heel rustig en stil wat vogels en dieren betreft. Geen beer dus, coyote of eland. Jammer. Af en toe zien we een ground squirrel of een vogeltje. Over het meer zien we de shuttle boot varen naar de aanleg steiger. Niet veel later komen wij ook langs de steiger maar we lopen door naar het punt waar we vanochtend eerst misgelopen zijn. Over een bruggetje komen we weer op het pad langs het Swiftcurrent Lake. Niet veel later zijn we bij de camper.                               
hikes in Many Glacier area
Op de klapstoeltjes voor de camper koffie en een broodje, heerlijk. Van zo’n wandeling krijg je trek. Sommige mensen zitten vreemd te kijken maar het maakt ons niets uit, wij genieten. Na de lunch gaan we verder, richting ranger station. Ons plan is Iceberg Lake. Dat moet ook een hele mooie tocht zijn. Even checken of de tocht wel gelopen kan worden. Op de parkeerplaats bij het Swifcurrent Motor Inn kunnen we de camper niet kwijt. Dan maar eerst naar het ranger station. Iceberg Lake is, gezien de afstand en het hoogte verschil, voor een middag te ver. Een vriendelijke ranger heeft nog een leuke tip voor ons. 
Redrock Lake
De Swiftcurrent Trailhead naar de Redrock Falls is erg mooi en zeker aan te bevelen. De trail gaat nog verder naar Swiftcurrent Pass. De pas gaat over de Continental Divide. Ook dan kun je nog verder via Granite Chalet naar de Going to the Sun Road. Wij terug naar de Swiftcurrent Motor Inn. Na wat wachten zien we een plekje en kunnen we de camper kwijt. Op deze locatie beginnen ook veel andere trails, zoals de 5,2 mile (loop) de Ptarmigan Falls Trail. Hier splitst het pad zich. Een deel gaat door naar Ptarmigan Lake (8,6 mile loop) en Ptarmigan Tunnel(10,4 mile loop). Het ander stuk gaat naar Iceberg Lake die 9,6 mile is (heen en terug).  

Mount Wilber
Op stap dus en fris water mee. Het eerste gedeelte gaat door bos met soms open gedeelten. Het eerst gedeelte is niet erg bijzonder het begint pas mooi te worden als je bij Redrock Lake komt. Vanaf de oever hebben we een mooi zicht over het meer en de grote bergen voor ons. Links van het meer zien we Mount Grinnel. Schuin voor ons Swiftcurrent Mountain, een berg uit het rijtje van de Garden Wall. In de verte denken we ook Redrock Falls te zien maar dat weten we niet zeker. Lang blijven we niet staan want we worden aangevallen door kamikaze vliegen. Ze maken kennis met onze handen maar het zijn er zoveel dat wij te weinig handen hebben, dus maar snel weer verder. Een ander doorkijkje geeft ons een mooi zicht op Mount Wilbur. Daarachter moet Iceberg Lake liggen Dit stuk is veel mooier om te lopen dat het eerste gedeelte. Veel opener met meer doorkijkjes. Het is hier mooi groen en hier en daar zien we beargrass en ander planten bloeien. Het pad gaat licht glooiend en slingerend richting Redrock Falls. Je loopt onder het meer langs waardoor je een mooi uitzicht op het meer krijgt.
Redrock Falls

Redrock Falls from the top

De tocht naar Redrock Falls is een vrij eenvoudige wandeling. Ook deze waterval is weer heel mooi en schilderachtig, een breed uitwaaierende waterval. Het water stroomt in een onregelmatig patroon over de rode rotsen. Hier is redelijk veel water waardoor het fors naar beneden stroomt en bochtjes maakt langs met mos begroeide rode stenen. Even de rotsen naar boven beklimmen en de waterval van boven bekijken en foto’s er van nemen. Nanda zit even heerlijk met de beentjes in het ijskoude water, lekker fris op deze warme dag. Het is er niet druk waardoor iedereen de gelegenheid heeft de waterval van alle kanten te bekijken. Even rusten op een rotsen en genieten van de omgeving. Water leeft en blijft altijd weer mooi om te zien. Hoe ze aan de naam komen is ons wel duidelijk. Een hele rode rots groep en dat hebben we nog niet veel gezien. Meestal zijn ze grijs, zwart of donker bruin van kleur.

Als we zo zitten te kijken zien we een waterspreeuw in het water duiken. Het is een licht grijs vogeltje wat zijn voedsel onder water zoekt. Daarbij duikt het onder water om kreeftjes en ander insecten van de bodem te halen. Even later duikt het weer op, zit even op de kant om daarna weer in het water te duiken. Een prachtig gezicht.
We lopen terug en willen eigenlijk nog wel even kijken bij Fishercap Lake. Halverwege komen we een vrouwelijke ranger tegen, even praten. Ze vraagt of wij de moose ook hebben gezien. Nee dus. Ze vertelt dat al een paar dagen een moose gespot wordt langs de randen van Redrock en Fishercap Lake. Meestal ‘s avonds of
‘s morgens vroeg. Het is nu halverwege de middag en er lopen nogal wat mensen dus de kans dat wij het dier zien is niet groot. Verder richting afslag naar Fishercap Lake.
Komt er een jong stel aan en die zegt, je moet zeker gaan want er zwemt een grote eland in het meer. Nou, heel snel dalen we af. Eerst zie we niets en denken dat we te laat zijn maar dan zien we bijna aan de overkant wat in het water bewegen. Net boven het water oppervlak zien wij een gewei en een stukje snuit van een eland. Aan de overkant van het meer zwemt een heel groot gewei. Foto! Zo te zien heeft deze wel diploma A, B en C, echt een waterliefhebber.
Moose swinming
Moose coming out of the water


Even later stapt het gewei uit het water en er zit een hele grote eland aan vast. Niet te geloven wat een groot beest. Prachtig om te zien. Hij schudt zich even uit, doet 3 stappen en is in het bosje verdwenen. Natuurlijk wachten we nog een poosje maar de eland laat zich niet meer zien. Dan maar weer verder want vervelende muggen plagen ons weer.
De eland is de grootste nog levende hertensoort en het wordt minstens zo groot als een paard. De eland is een zeer groot dier met een opmerkelijke snuit. Ziet er daardoor niet slim uit maar vergis je daar niet in. Elanden zijn humeurig en kunnen agressief reageren als ze zich bedreigd voelen. Koeien verdedigen hun kalveren tot het uiterste. De vacht is ruw en grijsbruin van kleur. De rui is in de lente. De poten zijn lang, waardoor hij in de diepe sneeuw en moerassen kan lopen. Volwassen mannetjes (stieren) hebben een baard en een gewei. Elanden hebben een sterk ontwikkeld reuk- en gehoororgaan. Het zicht is echter beperkt.
Moose male (Wikipedia)
De eland heeft een kop-romplengte van 200 tot 290 centimeter. Het vrouwtje is ongeveer 25% kleiner dan het mannetje. Het mannetje heeft een schofthoogte van 180 tot 220 centimeter en een lichaamsgewicht van 320 tot 800 kilogram, het vrouwtje een schoft van 150 tot 170 centimeter en een gewicht van 275 tot 375 kilogram. De staart is vrij klein, en wordt slechts 7 tot 10 centimeter lang.
Vooral de volwassen stieren zijn imposante beesten die respect afdwingen.
Het gewei kan gemakkelijk een spanwijdte bereiken van 2 meter.
Elandstieren hebben over het algemeen een breed, bladvormig schoffelgewei met korte uitsteeksels, maar er zijn ook exemplaren met een takvormig stanggewei. Het gewei wordt ieder jaar tussen december en maart afgeworpen en is zeer gewild. In april zal het weer aangroeien tot uiterlijk augustus.. Het gewei groeit dus in drie tot vijf maanden, waardoor ze een van de snelst groeiende dierlijke organen is. Het is aanvankelijk eerst een laag van de huid die later verhard. De buiten laag (basthuid) met de bloedvaten sterft later af en wordt afgeschuurd van augustus tot oktober.

De eland leeft voornamelijk van scheuten en twijgen van bomen als de grove den. Ook eet hij de schors van bomen als wilg en ratelpopulier. 's Zomers bestaat het dieet grotendeels uit grotere kruiden, bladeren en waterplanten, in de herfst eet hij vaker granen. 's Winters eet een eland gemiddeld zo'n tien kilogram aan twijgen en scheuten. Vooral verse scheuten van bomen, wilg en berk, zijn erg gewild. Deze planten hebben echter een laag gehalte aan natrium. Om dit te compenseren eten ze daarom grote hoeveelheden waterplanten. Waterplanten hebben weer als nadeel dat ze weinig energie bevatten. Soms vult het dier zijn zout behoefte aan door het likken van strooizout op wegen. 
De eland komt voornamelijk voor in naaldbossen maar heeft ook een voorkeur voor meer drassige streken als riviervalleien en meren. De eland is een uitstekende zwemmer en is regelmatig in het water te vinden. Vooral waterlelies en waterpest zijn dan favoriet.
De moerassen zijn in de zomermaanden niet alleen aantrekkelijk om de waterplanten maar ook om de verkoeling. Het is bekend dat de eland duikt om waterplanten van de bodem te eten. De complexe snuit is hierbij heel behulpzaam. De eland is de enige hertensoort die in staat is zich onder water te voeden. 's Winters komt hij in drogere gebieden voor.
Het verspreidingsgebied van de eland bestaat uit Noord-Amerika en het noordelijke deel van Europa en Azië. In Europa is hij te vinden in Scandinavië, de Baltische staten, Finland, Polen en Rusland. Recentelijk heeft de soort zich ook weer gevestigd in Duitsland. In Noord-Amerika is hij te vinden in het hele bosgebied van Canada en Alaska, in het Noordoosten van de Verenigde Staten en in de Noordelijke Rocky Mountains. In de Verenigde Staten leven ongeveer  rond 300.000 exemplaren. In Canada wordt dat aantal geschat op een half tot 1 miljoen. Hij kan in bepaalde delen een gevaar vormen voor het verkeer, vooral in de bronsttijd, wanneer ze het agressiefst zijn. In bosrijke gebieden zijn om die reden waarschuwingsborden geplaatst.
Bij een botsing zal de bumper de benen van de eland breken, waardoor het lichaam van de eland op de motorkap en voorruit valt. Het grootste deel van het gewicht van het dier komt op het voorruit. Daardoor zal alles breken en zakt alles in. Botsingen met een eland zijn voor de inzittenden vaak dodelijk.

De kans op aanrijdingen zijn, gezien het aantal elanden, in Canada bijna 3 keer zo groot als in Noord-Amerika. Daarom staan er waarschuwingsborden langs de wegen.
Elanden leven over het algemeen solitair. 's Winters kunnen ze zich echter verzamelen in kleine gemengde kudden. Een volwassen vrouwtje is in deze groepen de leider. De meeste elanden zullen niet wegtrekken, maar in Rusland kan het dier wel 150 kilometer reizen van de zomer- naar de wintergebieden. In de bronsttijd trekt een mannetje enkele dagen met een vrouwtje op.
De kalveren worden geboren na een draagtijd van 235 dagen. Jonge vrouwtjes krijgen meestal slechts één kalf, oudere vrouwtjes krijgen vaker tweelingen. Ook drielingen komen voor. Is er veel voedsel dan is er ook meer kans op twee en drielingen. Elandvrouwtjes kunnen nog drachtig zijn als ze twintig jaar oud zijn.

Moose with calf (Wikipedia)
Het kalf heeft een roodbruine vacht. Na twee tot drie dagen kan het jong zijn moeder volgen.
Het kalf weegt bij de geboorte zo'n 11 tot 16 kilogram. Binnen een maand verdubbelt het lichaamsgewicht. Daarna groeit het één kilogram per dag. Aan het einde van de eerste herfst zal bij het mannetje het eerste gewei gaan groeien.
Het kalf blijft bij zijn moeder tot tien of vijftien dagen voordat de moeder het volgende kalf zal werpen. Dan zal de moeder haar jong wegjagen. De eland wordt over het algemeen in het tweede jaar geslachtsrijp. Hij kan maximaal 27 jaar oud worden.

Zoals al eerder beschreven kan een eland soms agressief zijn. Allen als het dier zich bedreigt voelt, schrikt of bang is, valt het aan. Toch is het geen doetje en cijfers zeggen genoeg. Ze vallen meer mensen aan dan beren en wolven samen, en gelukkig  met slechts geringe gevolgen. In Amerika zijn meer eland bedreigingen aan mensen dan van welk ander zoogdier dan ook. Koeien met jonge kalveren zijn erg beschermend en vallen mensen aan als die te dichtbij komen. Dit gebeurt vooral als men tussen het kalf en de koe komt. Elanden zijn erg lenige dieren met een zeer flexibele poten met scherpe en puntige hoeven. Ze zijn in staat trappen uit te delen met zowel de voor-als achterpoten. In tegenstelling tot andere hoefdieren, zoals paarden, kan een eland schoppen in alle richtingen, ook zijwaarts. Daarom is er geen veilige kant waarop het dier benaderd kan worden. Aan het gedrag van een eland is vaak wel te zien dat het dier geïrriteerd raakt en overweegt aan te vallen.

Elanden vertonen vaak agressie naar andere dieren, vooral naar roofdieren. Beren proberen soms een eland kalf te grijpen. Volwassen dieren worden zelden door beren aangevallen. Uit Alaska zijn meldingen dat elanden met succes  aanvallen van zwarte beren, bruine beren en grizzly’s afslaan. Met een trappen kunnen ze aanvallen weerstaan. Van elanden is bekend dat ze ook aanvallen van wolven hebben afgeslagen en soms wolven hebben gedood.

Tjonge wat is dat een belevenis om zo’n groot dier, als was het maar kort en op grote afstand, in het wild te zien. Weer terug en het is niet meer zover naar het parkeer terrein waar de camper staat. Als we de brug over de Wilbur Creek oversteken zien we op een rots, vlak boven het water, een slang liggen. Geen grote. Van bovenaf  hebben we een mooi zicht op het dier. Ligt zich lekker op te warmen in de zon. We hebben het niet zo op slangen staan dus we vinden het wel best. Trouwens dit is pas de tweede die we op deze reis zien. Als we met de camper weer terug rijden proberen we ergens nog een plekje te vonden om nog even na te genieten van deze dag. Het is nog mooi weer en het is nog niet zo laat. In de berm waar de Swiftcurrent Creek en Boulder Creek bij elkaar komen is een mooi plek om even te zitten. Stoeltjes weer uit de camper, bakje koffie, koekje er bij wie doet je wat. Nanda gaat even lezen en ik ga even aan de wandel.
View on the Garden Wall, in the middel Grinnel Glacier
Als we achterom kijken zien aan weerskanten grote bergen en in de verte de Garden Wall in het midden Grinnell Glacier. Ondanks de afstand heb je een goed zicht op een  belangrijk gedeelte van het park, mooi. De bermen zijn hier prachtig. Veel bloeiende bloemen. Ook soorten die we op onze reis nog niet hebben gezien. Een soort paardenbloemen die gesloten net puntmutsjes zijn. Ook lage struikjes met rode besje en kruipende jeneverbesstruiken. Die kun je bij ons in tuincentra kopen en hier groeien ze in het wild. Ook rotsen en keien die helemaal bedekt zijn met korstmossen.
 

 
  

 



Na de verkenning ook even nog lekker zitten in het stoeltje naast de camper. Lekker in de zon met het uitzicht over de over de snel stromende kreek. Een tweede bakje en nog even lezen in de e-reader. Het wordt nu toch wel laat en we beginnen nu ook grote trek te krijgen. We hebben het eethuisje bij ons maar besluiten toch maar terug te gaan naar de camping. Eerst nog even douchen, eten en nog even bezig met ons blog. De volgers op de hoogte houden wat we beleven. Het was vandaag weer een superdag en morgen weer een nieuwe.
Gereden 45 mile = 72 km.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten