Umpqua River Light |
De bouw van deze toren
startte in 1892 en de vuurtoren werd in 1894 in gebruik genomen. Deze vuurtoren
werd op het zelfde moment gebouwd als de Heceta Head Light. Omdat het dezelfde
plannen waren is de Umpqua Light House vrijwel identiek aan de meer noordelijke
Heceta Head Light. De nieuwe vuurtoren was beter dan de oorspronkelijke.
Gebouwd op een hoogte van 100 voet (30 m) boven de rivier was het veilig voor
overstromingen. Dit kwam ook door de voorwaarde dat de vuurtoren vanaf zee
zichtbaar moest zijn. De oude was alleen zichtbaar voor schepen die de rivier
op gingen. De vuurtoren gebruikte een uurwerk als mechanisme om de Fresnel-
lens te laten draaien. In 1966 werd het geautomatiseerd. Na 89 jaar brak het
rotatie mechanisme af. De kustwacht die belast was met het onderhoud wilde het oude
vervangen door een totale andere aandrijving. Echter door publiek verzet werd de
oude aandrijving gereviseerd en volledig hersteld.
De vuurtoren staat sinds 1977
in het Nationale Register van Historical Places.
Bezoekers kunnen de vuurtoren
en het naastgelegen Coastal History Museum bezoeken. Het museum is gevestigd in een historisch US
Coast Guard Station met tentoonstellingen over de vuurtoren, lokale
geschiedenis en de US Coast Guard geschiedenis op de rivier Umpqua.
Langs deze mooie kustweg zijn
allemaal uitzichtpunten, als je wilt kun je bij elk punt stoppen: alleen dan
hadden we nog niet genoeg vakantiedagen. Het is een mooie kleine korte vuurtoren,
die van Ameland is groter. Uit de grap zeggen we dat alles in Amerika is big
behalve de vuurtorens en de bezems. Het is een leuke vuurtoren om te zien. Een
lage, korte stevige vuurtoren met een paar kleine gebouwtjes er naast. We zijn
vroeg en we kunnen er niet echt bij komen. Dan moeten we over een hek klimmen
en dat lijkt ons niet verstandig. Dus we kijken wat rond.
Aan de andere kant staan
allemaal informatie borden over de trek van de grijze walvis. Deze trekken hier
2 maal per jaar langs en sommige walvissen zwemmen soms ook een stukje de
Umpqua rivier op. Als de walvissen, eind december begin januari, naar het
zuiden trekken kun je op het hoogte punt wel 30 walvissen per uur zien. In het
voorjaar zijn er 2 trek periodes naar het noorden. Laat februari tot half maart
de mannetjes en vrouwtjes zonder kalveren. Soms wel 15 stuks per uur. De 2e
groep zijn de vrouwtjes met hun kalveren. Deze passeren deze locatie in mei en
begin juni. Er is nu ook ontdekt dat sommige walvissen hun noordelijk trek
hebben ingekort. Ongeveer 100 blijven in de zomer voor de kust van Oregon. Wij
zijn nu te laat, de voorjaarstrek is al geweest en pas in het najaar komen ze
weer terug richting het zuiden.
Het is interessant de
informatie over de grijze walvis te lezen. De draagtijd van deze walvis is 13
maand. Bij de geboorte weegt het kalf 1000 kilo en is het 15 feet = 4,5 meter. Zouden we de verhoudingen over nemen naar de mens dan
zou een baby 60 cm zijn maar wel ongeveer 45 pond wegen. Daar moet je niet aan
denken. De walvis verzorgt het kalf 7 maanden. Tijdens elke maaltijd drinkt het
kalf 8 liter melk per keer. De melk heeft een vet percentage van 53%, dat van
de mens heeft maar 2% en dat van een melkkoe 4%. Dat moet ook wel want het kalf
moet een spek/vetlaag aan leggen om warm te blijven als ze straks naar het
koude noorden trekt. Na 8 jaar is een jong pas volwassen en ze kunnen 60 jaar
oud worden. Grijze walvissen maken 3 tot 5 korte duiken van 1 tot 2 minuten en
dan een diepe duik van 3-5 minuten en soms wel tot 8 minuten.
Na een poosje gaan we verder
en rijden we langs de kust. Er is een steiger en daar stoppen we even. Hebben
nu het zicht op de Umpqua River. Nou niet echt bijzonder, gewoon een grote
rivier. Weer verder, over de 101 ook wel de Oregon Coast Highway. De weg
slingert door een afwisselende omgeving met dennenbossen, duinen en meertjes. Dat
verrast ons, dat hier zoveel meren en meertjes zijn. Achteraf gezien niet zo
vreemd. Door de duinvorming kon het water niet meer naar zee stromen en
ontstonden er meren.
map Oregon Dunes Loop |
Het is prachtig weer, het waait en is lekker fris. Verderop het strand zien we gewoon zandwolken stuiven. Het zeewater is koud, we gaan echt niet in het water. Er liggen maar weinig schelpen en er vliegen of zijn bijna geen vogels. Even langs het water lopen en dan langs de vloedlijn terug. Daar liggen aangespoelde stammen, stobben en ander rommel. Na een tijdje gaan we terug, dezelfde route als de heenweg.
Het laatste stukje doen we op
de moeilijke manier; namelijk dwars over het laatste duin heen, naar het
parkeer terrein. Dan merk je hoe hoog de duinen zijn. Het mag dan prachtig mooi
suiker zand zijn maar er is niet in te lopen. Soms op handen en voeten maar we
komen wel boven! Tjonge, dat was een mooie warming-up voor de dag, het luie
zweet er maar uit. Geen wonder trouwens dat het laatste stuk zo zwaar was, er
zat bijna een complete vrachtauto vol zand in de schoenen.
De koffie smaakt dubbel zo
lekker. Verder maar weer, we rijden door de grote stad Florence heen. Onderweg
is heel veel te zien maar we kunnen niet overal stoppen, dat staat helaas de
planning niet toe. Ineens zien we een bordje Sea Lion Cave. Daar hebben we over
gelezen maar de weg is erg druk en met ons huis op wielen zien we geen kans zo
snel af te slaan. Jammer maar niet erg, we zullen vandaag nog wel genoeg te
zien krijgen. Even verderop is Heceta Head. Daar willen we even kijken en dus
slaan we af. Het is al middag en we eten eerst maar iets op de parkeerplaats.
Heerlijk in het zonnetje aan een picknick tafel. Dit is vakantie en dit is ook
heel erg genieten.
De campers en bussen moeten
op een aparte parkeerplaats staan. Auto’s kunnen een stuk verder rijden. We
lopen er maar heen, onder een grote boogbrug door. Dit is de Cape Creek Bridge
die Cape Creek overspant. Over de brug gaat de US Route 101 en die is in 1932
in gebruik genomen. De brug is gemaakt van gewapend beton heeft een totale
lengte van 619 feet (188.6 m), met een
hoofdoverspanning van 220 feet (67 m). Het hele geval lijkt op een Romeins
aquaduct. Dit komt door de parabolische boog die de helft van zijn lengte
overspant.
Als we verder lopen zien we
de parkeerplaats voor de auto’s en deze staat helemaal vol. Het is 4 juli, een
Amerikaanse feestdag en dat is te zien. Veel mensen op het strand en overal
zijn ze aan het picknicken en barbecueën. Heel gezellig allemaal. Het is geen groot
strand maar wel heel apart. Sommige plekken zand, andere stukken rots en op andere plekken allemaal ronde keien.
De vuurtoren staat op een hoogte en om er te komen moet je een stuk lopen. Zo langzamerhand wordt het wel iets drukker, maar echt lopen doen de Amerikanen niet dus op de tocht komen we alleen andere buitenlanders tegen. Het is een mooie route en onderweg heb je een mooi uitzicht over de baai en de oceaan. Heceta Head Light is in gebruik genomen in 1894. Het licht van de 17 m hoge vuurtoren, is op een afstand van 21 mijlen (34 km) nog zichtbaar. Daardoor is het, het sterkste lichtpunt langs de kust van Oregon.
Heceta Head Light is vernoemd naar de Spaanse ontdekkingsreiziger Bruno de Heceta, die de Pacific Northwest verkende. Dit gebied werd in die tijd bewoond door inheemse Amerikaanse stammen, de Siuslaw Indianen.
De vuurtoren werd in 1892
gebouwd. Op deze plek stonden aanvankelijk ook verscheidene andere gebouwen,
zoals bedrijfsgebouwen, eengezinswoningen en het huis van de hoofd
vuurtorenwachter. Door een brand werd het in 1940 gesloopt. Het huis was
vergelijkbaar in grootte en ontwerp met het huis wat er nog staat. Door het
gebruik van elektriciteit was het huis van de hoofd vuurtorenwachter niet meer
nodig.
De vuurtoren wachters
beweerden dat het er spookte. Ze werden achtervolgd door de geest van een
oudere vrouw, bijgenaamd Rue.
Verschillende incidenten zijn er gemeld, waaronder een zichtbare verschijning,
verplaatsingen en af en toe huishoudelijke werkzaamheden.
Ook dit is weer een kleine vuurtoren maar wel heel mooi en goed onderhouden. De toren en de bijgebouwen zijn prachtig mooi wit en de daken rood. Het steekt prachtig tegen elkaar af. We lopen er wat omheen en genieten van de omgeving. Als we over de rand van het klif kijken zien we het strand, de oceaan, en 2 grote rotsen onder ons liggen. Op de rotsen allerlei vogels die er nesten hebben. Het is er een drukte van belang en de vogels vliegen af en aan om de jongen te voeren. Verder op staat een huis van de vuurtorenwachters. Het is nu een soort museum en er worden rondleidingen gegeven. Het huis is ingericht in de stijl van de periode dat de vuurtorenwachters er woonden met hun gezinnen. Op de veranda staan ligstoelen. Als je daar in gaat zitten heb je een pracht uitzicht over de baai. En heb je het gevoel dat je baas bent van de hele omgeving. De rondleiding laten we zitten en we gaan terug. Onder de bomen groeien allemaal vreemde planten. Soms is het net een deken van groen blad.
Sight from Hecta Head |
Oregon Coast Highway 101 |
Hier is een bezoekers centrum
en een uitzichtpunt. Bezoekers centrum is leuk en heel leerzaam, vooral voor
kinderen. Veel informatie over de oceaan, de vroegere bewoners en de flora en
fauna uit de omgeving. Op tafels staan flessen met planten die in de omgeving
groeien. Sommige planten ken ik niet maar er zijn ook soorten die bij ons ook
groeien. Vaak zien ze er iets anders uit. Niet hetzelfde maar wel familie. Cape
Perpetua is bekend om zijn ruige kust. Er zijn ook mooie wandelingen en we gaan
the Captain Cook Trail doen. Vanaf het bezoekers centrum loopt er een wandelpad
naar de kust. Via een tunnel onder de 101 door kun je daar komen.
Cape Perpetua is een grote
beboste landtong aan de centrale kust van Oregon, die uitsteekt in de Stille Oceaan.
Indianen leefden hier 6000 jaar geleden en zochten naar mosselen, krabben en zee-egels langs de
kust in de buurt van Cape Perpetua. Bewijs van hun aanwezigheid is nog steeds
te vinden in de enorme stapels afgedankte mosselschelpen die langs de kust in
de buurt van het Cape Perpetua bezoekerscentrum liggen.
Enkele vroege
ontdekkingsreizigers zeilden voorbij deze kaap. De kaap werd genoemd door
Captain James Cook op 7 maart 1778. Hij was op zoek naar de Northwest Passage
vanaf de Stille Oceaan. Cook noemde de
kaap Perpetua omdat het werd waargenomen op St. Perpetua 's Day.
map Cape Perpetua |
In het gebied kan je
kamperen, picknicken, wandelen, walvissen kijken. Er zijn oerbossen, getijden
poelen en veel wandelpaden. Een van de paden leidt naar een 600 jaar oude Giant
Sitka bekend als de Silent Sentinel van de Siuslaw . Deze boom is meer dan 185
feet (56 meter) hoog, en heeft een 40 feet (12 m) omtrek aan de basis.
Langs de kustlijn zijn er
verschillende unieke bezienswaardigheden. The Devil's Churn is een lange scheur
in de kust rots die zich vult met oceaanwater. Bij harde wind exploderen de
inkomende golven op de rotsen. Thor's Well en Spouting Horn zijn beide het best
zichtbaar ongeveer een uur voor hoog water tot een uur na hoog water. Het water
wordt met kracht door de openingen geperst. Hoe spectaculair de
bezienswaardigheden zijn is afhankelijk van de hoogte van de vloed en de
richting en grootte van de deining. Deze bezienswaardigheden zijn populair bij
de bezoekers maar zijn alle drie ook gevaarlijk. Vooral bij vloed
en tijdens de winter
stormen. 2.Spouting Horn. 3.Devil's Churn. 4.Cape Perpetua Interpretive Center.
Omdat de zee redelijk rustig is en het nog eb is, is het niet zo spectaculair. Toch komen we maar niet te dicht bij de opening en nemen geen risico’s. Ook Spouting Horn houdt zich rustig. Dit is een slenk tussen de rotsen richting kust. Als daar met harde wind de hoge golven met kracht door heen gaan kunnen wij ons voor stellen dat het water ergens heen moet. Aan het eind wordt het met kracht door een gat geperst. Een hoge fontein is dan het gevolg. Zal heel mooi zijn maar vandaag even niet. Na een poosje gaan we terug en weer verder op pad.
We komen door een aantal
kleine en grote plaatsen zoals Yachats en Waldport. Hier gaan we over een grote
brug die Alsea Bay overspant. Bij het plaatsje Sealrock slaan we af naar
Sealrock State Park. Even kijken. In zee staan een aantal grote en kleine
rotsen. Op de rotsen weer veel zeevogels. Op uitsteeksel broeden kuif
aalscholvers. Hoe is het mogelijk dat ze op zo’n klein randje een nest kunnen
maken en jongen groot kunnen brengen. Wij waren er allang afgerold, maar ja het
is ook niet eerlijk zij hebben vleugels.
De volgende grote plaats waar
we door heen komen is Newport. Ook hier weer een grote Yaquina Bay Bridge. Deze brug overspant de
Yaquina Bay. Newport is een vrij grote plaats, echt een kustplaats. Veel
schreeuwerige reclame langs de weg. Overal uithangborden waar van alles en nog
wat wordt aangeprezen. Als je er op let wordt je er helemaal gek van. Een stukje verder staat het autootje van Oma
Duck te koop. Even kijken. Dit is een oud beestje. Achter ons stoppen nog een
paar belangstellenden. De eigenaar komt er ook als aan. Past niet in de koffer
dus wij laten hem maar staan.
Verder langs de kust. Onze volgende
stop is de vuurtoren van Yaquina Head. Deze staat in de Yaquina Haed
Oudstanding Natural Area. We verbazen ons er over dat het toch echt dezelfde
zee is maar die er steeds weer anders uitziet. Aan de kant van Newport ligt een
prachtig strand met mooi wit zand en aan de andere kant ook stranden maar met
grote zwarte stenen. Via een trap kunnen we bij het strand komen. Als we
beneden zijn zit er een ranger aan een tafel met allerlei dingen uit de oceaan.
Dingen die we tegen kunnen komen. Bezoekers die vragen hebben kunnen bij hem
terecht. Zijn collega staat verderop bij de tide pools. Ze willen niet dat
bezoekers overal komen en zij houdt het in de gaten.
Ook hier weer mooie tide
pools met zeeanemonen, mosselen, zeesterren, zee-egels etc. Het is druk maar
dat zal ook wel te maken hebben met 4 juli, Independence Day. Via de Cobble
Brach Stairway gaan we weer naar boven. Langs de rand zien we een paar mensen
staan die naar beneden wijzen. Als wij kijken zien we een groep zeeleeuwen
liggen. Die liggen heerlijk te luieren in de zon en genieten van het lekkere
weer.
Op een bord zien we dat de rots waar de zeeleeuwen op liggen seal rock wordt genoemd, heel toepasselijk. Op sommige plaatsen ligt een aantal nog jonge dieren bij elkaar. Er vliegt een grote groep pelikanen over en in zee zwemt een kleiner aantal. Er zijn meer rotsen en die zijn helemaal bezet door zee vogels. Die broeden daar en het is een drukte van belang. Sommigen hebben al jongen en vliegen af en aan. Anderen zijn nog aan het broeden. Geen plekje is er vrij. De rotsen zijn overvol met zeekoeten, aalscholvers en een enkele meeuw. Blij trouwens dat ze op een afstandje zitten want het is een vieze bende. Ze schijten alles onder. De rotsen zijn helemaal wit uitgeslagen van hun uitwerpselen.
Op een bord zien we dat de rots waar de zeeleeuwen op liggen seal rock wordt genoemd, heel toepasselijk. Op sommige plaatsen ligt een aantal nog jonge dieren bij elkaar. Er vliegt een grote groep pelikanen over en in zee zwemt een kleiner aantal. Er zijn meer rotsen en die zijn helemaal bezet door zee vogels. Die broeden daar en het is een drukte van belang. Sommigen hebben al jongen en vliegen af en aan. Anderen zijn nog aan het broeden. Geen plekje is er vrij. De rotsen zijn overvol met zeekoeten, aalscholvers en een enkele meeuw. Blij trouwens dat ze op een afstandje zitten want het is een vieze bende. Ze schijten alles onder. De rotsen zijn helemaal wit uitgeslagen van hun uitwerpselen.
Eindelijk na alle vogels,
zeeleeuwen en tide pools gaan we op weg naar Yaquina Lighthouse. De Yaquina
Head Lighthouse is 93 voet ( 28 meter ) hoog, en de hoogste vuurtoren in
Oregon. De vuurtoren werd gebouwd tussen 1871-1873 door de US Army Corps of
Engineers. De vuurtoren gebruikt nog steeds zijn oorspronkelijke Fresnel-lens
uit 1868 van Franse makelij. Het licht is zichtbaar 19 mijlen ( 31 km ) uit
zee. Yaquina had meestal drie vuurtorenwachters van de U.S. Lighthouse Service
in dienst.
Yaquina Head Lighthouse |
Tijdens de Tweede
Wereldoorlog waren er ook 17 militairen gestationeerd om de kust te bewaken
voor vijandelijke schepen. De vuurtoren is een paar keer het decor geweest in
een film. Het is inderdaad de grootste
vuurtoren die we tot nu toe gezien hebben. De vuurtoren staat op een hoge klif
die een eind de oceaan in steekt. Hij staat helemaal open en bloot op een
grasveld. Geen boom te zien. We lopen er om heen en kijken over de rand naar de
rosten die er liggen. Ook hier weer allemaal vogels die er broeden. Voor de
vuurtoren ligt het rotseiland Colony Rock. Wel heel toepasselijk met die
kolonie van vogels er op. Na een poosje hebben we het wel bekeken en gaan we
terug. Het klif is helemaal begroeid en er bloeien allemaal wilgenroosjes. Een
paarse deken over een groen veld met op de achtergrond een blauwe oceaan.
Vandaag hebben we meer dan genoeg gezien en rijden we door richting camping. Ondanks dat we een reservering hebben willen we vandaag op tijd zijn. In de grotere plaatsen is het nu wel druk, veel mensen die uit eten gaan en daarna naar het vuurwerk gaan kijken. Onze camping is snel gevonden. We komen een bordje hoog water tegen en moeten lachen. Nou da’s gauw over want om de bocht staat echt hoog water! Tot aan de assen van de auto gaan we er door heen. We doen het maar rustig aan, we willen geen brokken. Hoe dat water daar komt is een raadsel en even later is er niets meer aan de hand. De camping waar we komen is inderdaad vol en we zijn blij dat we gereserveerd hebben. Een KOA camping in Lincoln City, http://koa.com/campgrounds/lincoln-city 5298 Northeast Park Lane, Otis, OR 97368. Dit was een dag van zand, zon en zee, een echte feestdag voor ons.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten